Pagina 4 - Elske waarheen

8
Toen ik tien jaar was, gingen we verhuizen naar een grote stad.
Papa had een draaiorgel en in de stad kon hij meer verdienen
en bij het huis, waarin we gingen wonen, was een pakhuis, daar
kon het orgel in staan. We hebben niet zo erg lang in die stad
gewoond en eigenlijk wil ik er niet veel meer over denken, want
het was helemaal geen leuke tijd. Het was een nare straat met
bijna allemaal pakhuizen. Leuke buren hadden we niet. Op
school was het wel fijn, maar toch heel anders dan op de vorige
school, want hier vonden ze het raar dat papa een draaiorgel
had en ze vonden dat wij in een achterbuurtstraat woonden.
Mirjam was mijn beste vriendin, maar echt leuk was het ook
niet, want van haar moeder mocht ik niet meer bij haar komen
en zij mocht ook niet bij ons komen. Maar het allerergste was,
papa ging ’s avonds naar ‘de Pul’. Dat was het café op de hoek
van de straat. Ik lag dan al op bed en soms kwam papa dronken
thuis. Daar wil ik eigenlijk ook niet meer aan denken. Het is
gelukkig allemaal voorbij!!! Hoe dat gekomen is? Nou, dat zal
ik ook vertellen.
Vorig jaar, in de krokusvakantie, bestond het dorp waar we nu
wonen vijfhonderd jaar. Papa was uitgenodigd met het draai-
orgel en omdat ik vakantie had, kon ik mee. Gelukkig maar,
anders was het allemaal niet gebeurd. Maar opa zei: ‘Dit moest
gebeuren, daar zorgde de Heere voor.’ Het regende die morgen
heel erg. De mensen kwamen niet naar buiten om geld in het
centenbakje te doen en daarom gingen papa en ik maar langs
de deuren.
Toen kwam ik bij een heel aardige mevrouw, die vroeg of papa
en ik iets wilden drinken. Dat wilden we best wel, want die
regen en die kou, brrr. We mochten in de kamer komen en daar
lag een meisje op bed. Heleen Hofman! We konden meteen
goed met elkaar opschieten. Zij was al een poos ziek en toen
spraken we af, dat we met elkaar zouden gaan schrijven. Zij